Beperking van voedselverspilling
Overwegende dat de economische crisis, die een groot deel van de Belgische en Brusselse bevolking treft, bijzonder verwoestend is in de meest kwetsbare sociale categorieën. Vele mensen moeten een beroep doen op de hulp van voedselbanken of van liefdadigheidsorganisaties. Maar hun middelen, vaak gevormd door giften in natura, zijn niet meer toereikend om te voldoen aan de stijgende sociale vraag;
Overwegende dat alle grote supermarkten regelmatig blijven zitten met nog perfect eetbare producten maar die ze niet langer kunnen of wensen te verkopen (verse of halfverse producten met te nabije houdbaarheidsdatum, onverkochte producten, beschadigde verpakkingen...);
Overwegende dat er plaatselijk liefdadigheidsorganisaties bestaan, ondermeer sommige die via overeenkomsten aangesloten zijn bij de «Voedselbank Brussel-Brabant vzw», die zo georganiseerd zijn dat ze deze eetbare onverkochte producten snel kunnen verdelen onder de meest behoeftigen, in naleving van de huidige normen inzake hygiëne en voedselveiligheid;
Overwegende dat meerdere gemeenten in België de grote verdelers reeds aanmoedigen om hun onverkocht voedsel af te staan, in naleving van de opgestelde normen inzake hygiëne en veiligheid;
Overwegende dat het beperken van de voedselverspilling moreel verantwoord en sociaal nuttig is;
Overwegende dat de aansporing van de grote supermarkten om hun onverkocht voedsel af te staan in plaats van het te vernietigen, een maatregel is die valt onder het algemene belang;
Overwegende dat deze nieuwe middelen toegekend aan de solidariteit tegenover de minstbedeelden in geen geval de commerciële positie van de betrokken distributiebedrijven in gevaar brengen;
Overwegende dat voorrang geven aan een korte cyclus inzake recuperatie van onverkocht voedsel nodig is teneinde onnuttige vervoerskosten te kunnen vermijden;
Overwegende dat het essentieel is om maatregelen uit te werken om de voedselhulp te ondersteunen en om de voedselverspilling te beperken, met als doelstellingen :
- Diegenen die er nood aan hebben, in staat stellen om gebruik te maken van nog eetbaar onverkocht voedsel;
- De druk op het leefmilieu door de productie van niet geconsumeerd voedsel te verminderen;
Overwegende dat, opdat de Overheid zulke maatregelen kan treffen, het belangrijk is dat ze over informatie beschikt betreffende de wijze waarop het onverkochte voedsel behandeld wordt en betreffende de behoeften van de voedselbanken, liefdadigheidsorganisaties actief in de sector van voedselgiften en ondernemingen uit de sociale economie die de producten herverpakken;
De Gemeenteraad :
Vraagt aan de gemeentediensten om een onderzoek te voeren op het gemeentelijke grondgebied :
- Om te weten te komen wat er gebeurt met het onverkochte voedsel van de grote en middelgrote supermarkten alsook van de voedingsbedrijven gelegen op het gemeentelijke grondgebied;
- Indien mogelijk, om de samenstelling van het onverkochte voedsel te bepalen : type voedingswaren en betrokken hoeveelheden alsook de kwaliteit van deze voedingswaren;
- Om de bestaande initiatieven inzake herverdeling op het gemeentelijke grondgebied te leren kennen;
- Om de behoeften van de voedselbanken, van de liefdadigheidsorganisaties die voedsel verdelen en van de ondernemingen uit de sociale economie die de voedingswaren herverpakken, zowel wat betreft de levering van voedingsmiddelen als de logistiek (vervoer en opslag van voedingsmiddelen) vast te stellen;
Vraagt aan het College van Burgemeester en Schepenen om de brochure over onverkocht voedsel onder alle mensen, handelszaken, betrokken verenigingen, scholen… te verspreiden. Brochure die het resultaat is van een samenwerking tussen Comeos, Fevia en de voedselbanken ; ze geeft een overzicht van de betrokken voedingsmiddelen, van de verplichtingen van de producenten en handelaars wat betreft de traceerbaarheid van de voedingsmiddelen, van de wijze waarop zo’n samenwerking in de praktijk georganiseerd wordt;
Vraagt aan het College van Burgemeester en Schepenen om na te denken over de oprichting van een Vorsts label voor de handelszaken die hun nog eetbare onverkochte producten echt geoptimaliseerd hebben door een herverdeling aan minstens één liefdadigheidsorganisatie, indien mogelijk uit Vorst, die ondermeer aangesloten is bij de Belgische Federatie van de voedselbanken.
Belast het College van Burgemeester en Schepenen met de uitvoering van huidige motie.